> DUURZAAM BELEGGEN
<script>(function(w,d,s,l,i){w[l]=w[l]||[];w[l].push({'gtm.start': new Date().getTime(),event:'gtm.js'});var f=d.getElementsByTagName(s)[0], j=d.createElement(s),dl=l!='dataLayer'?'&l='+l:'';j.async=true;j.src= 'https://www.googletagmanager.com/gtm.js?id='+i+dl;f.parentNode.insertBefore(j,f); })(window,document,'script','dataLayer','GTM-WLWMZHX');</script>
Een goed pensioen én een betere wereld
Bpf Koopvaardij doet aan maatschappelijk verantwoord beleggen. Dat klinkt mooi, maar wat houdt het precies in? En levert het ook voldoende rendement op?
Bpf Koopvaardij heeft een vermogen van ongeveer € 4,5 miljard. Dit vermogen belegt het fonds in aandelen, onroerend goed en staats- en bedrijfsobligaties. Daar krijgt het fonds iets voor terug: namelijk rendement in de vorm van rente, dividend, huur en waardestijging. Zo worden de ingelegde pensioenpremies meer waard. Bpf Koopvaardij kiest ervoor het vermogen te beleggen, omdat dit over het algemeen meer rendement oplevert dan sparen. Het fonds heeft Portefeuillehouders Beleggingen, die ook bestuurslid zijn. Zij bereiden het beleggingsbeleid voor en adviseren het bestuur. Dat beleid is niet willekeurig, het beleggen gaat op een maatschappelijk verantwoorde manier. Bijvoorbeeld in bedrijven die klimaatneutrale producten of diensten hebben of op een correcte manier met hun werknemers omgaan. En andersom: niet in bedrijven die producten maken waar het fonds niet achter staat. Goed pensioen Natuurlijk klinkt dat mooi: maatschappelijk verantwoord beleggen. Maar de hamvraag is: kost dat geld? Het korte antwoord is nee. Bpf Koopvaardij heeft namelijk een strategie gekozen die leidt tot financieel én maatschappelijk rendement. Dus: goed voor de portemonnee van de deelnemer én voor de wereld. “Het mag geen geld kósten”, zegt Ton Zimmerman, een van de Portefeuillehouders Beleggingen. “En dat hoeft ook niet. We kiezen er namelijk voor om alleen te beleggen in bedrijven die op de lange termijn renderend zijn. Het voornaamste doel is immers een goed pensioen: pensioenen niet korten en wel indexeren.” Bpf Koopvaardij is zich bewust van zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid. “Daar willen we als pensioenfonds naar handelen. We willen negatieve effecten voor de samenleving voorkomen en waar mogelijk een positieve bijdrage leveren. Dat heeft niet alleen invloed op onze beleggingen, maar ook op de wereld om ons heen. En dat is de wereld waarin onze deelnemers met pensioen gaan.” Theorie en praktijk Een positieve bijdrage dus. Wat is dat dan precies? Het fonds kiest zijn beleggingen niet willekeurig. Bij de keuze voor beleggingen gebruikt het fonds vier instrumenten. De eerste is: voldoen bedrijven aan de ESG-factoren? De E staat voor Environment: klimaat en milieu dus. De S is van Social en gaat over zaken als arbeidsomstandigheden, gezondheid, veiligheid en mensenrechten. De G staat voor Governance: goed bestuur. Wordt een bedrijf bijvoorbeeld goed bestuurd en houdt het zich aan wetten en regels? “Vaak zie je dat bedrijven die goed scoren op deze factoren, ook op de lange termijn renderend zijn. Het gaat dus hand in hand, het ene leidt tot het andere. En dat is wat wij willen, die lange termijn.” De theorie klinkt misschien eenvoudig, de praktijk is soms weerbarstig. Zo bleek vorig voorjaar dat Bpf Koopvaardij belegt in een bedrijf dat een samenwerking was aangegaan met een bedrijf in Myanmar. Dat laatste bedrijf was voor een derde in handen van de militaire junta in dat land. Dus daarmee werd het bedrijf waarin Bpf Koopvaardij belegde, rechtstreeks in verband gebracht met de schendingen van mensenrechten die op dat moment in Myanmar plaatsvonden. Wij zijn een onderzoek gestart, maar voordat dit was afgerond, had het bedrijf waarin wij beleggen die samenwerking gelukkig zelf al stopgezet. Wij hoefden onze beleggingen dus niet te verkopen. Zo zie je maar dat je soms denkt dat je het juiste doet en dat blijkt dan toch niet zo te zijn.”
Uitgesloten Gaat het bij ESG vooral over waarin Bpf Koopvaardij wél wil beleggen, bij het tweede instrument, uitsluiting, is dat precies andersom. Ten eerste zijn er allerlei internationale verdragen die voorschrijven waarin je niet mag beleggen. “Bijvoorbeeld in bedrijven die zich bezighouden met antipersoonsmijnen, clusterbommen en chemische wapens. Ook in onwenselijke producten, zoals tabak en bont, beleggen we niet. Net als in producten waarvan we weten dat ze op de lange termijn geen bestaansrecht hebben, zoals thermische kolen.” Ook belangrijk in het kader van de energietransitie: hoeveel CO2 stoten bedrijven uit, direct of indirect? “Op basis van bepaalde criteria hebben we 39 extra bedrijven uitgesloten, daarin beleggen we niet meer. Die hadden een waarde van 2 procent van onze beleggingsportefeuille, maar onze CO2-voetafdruk daalde daarna zo’n 20 procent. Terwijl onze winstgroei steeg van 11,34 naar 11,47 procent. Dus we verdienen zelfs een beetje aan deze beslissing.”
Landen kunnen eveneens vallen onder uitsluiting. “We willen alleen geld lenen aan landen die voldoen aan bepaalde ESG-criteria en waarvan we verwachten dat ze het geld terugbetalen, plus rente.”
Het fonds kan landen uitsluiten om financiële redenen, zoals de hoogte van de staatsschuld en de vraag of een land die schuld kan terugbetalen. “Om die redenen beleggen we niet in Spanje en Italië.” Ook gebruikt het fonds maatschappelijke criteria: is er corruptie in een land, hoe democratisch is het, hoe kwetsbaar is het voor klimaatrisico’s en hoe staat het met de sociale ontwikkeling? “Rusland en Myanmar sluiten we uit.” Vuist maken Goed, er zijn dus bedrijven – en landen – die vanwege het uitsluitingsbeleid sowieso buiten de boot vallen. Maar dat maakt de bedrijven waarin het fonds wél belegt nog geen heilige boontjes. Het kan altijd beter. Daarom kiest Bpf Koopvaardij als derde instrument voor de dialoog: het fonds laat zijn stem horen. Dat kan bijvoorbeeld door mee te stemmen tijdens aandeelhoudersvergaderingen. En door samen met andere aandeelhouders een vuist te maken, bijvoorbeeld door meer actie te eisen bij het tegengaan van opwarming van de aarde. “Ook hier is weer het doel: de wereld op de lange termijn een beetje beter maken. Soms kun je dat beter bereiken door je als aandeelhouder actief op te stellen dan door helemaal niet in een bedrijf te beleggen.”
Een prangende discussie in deze categorie: wel of niet beleggen in olie en fossiele brandstoffen? “Wij hebben uiteindelijk besloten daarin wel te blijven beleggen. Daardoor kunnen we invloed uitoefenen bij deze bedrijven. En we weten dat ze veel kennis in huis hebben om te innoveren. Onze verwachting is dus dat ze in relatief korte tijd grote stappen kunnen en zullen zetten.” Afweging Het vierde en laatste instrument dat het fonds gebruikt, is dat van de positieve impact: waar kan het met zijn beleggingen iets bijdragen aan het goede, bijvoorbeeld: meer betaalbare huisvesting? “We hebben een bepaalde hoeveelheid onroerend goed met een huur tussen de 600 en 1200 euro per maand. Dat onroerend goed uitbreiden is gezien de stijgende bouwkosten niet gemakkelijk. Het aanbod is beperkt. Het blijft voor het fonds een afweging tussen financieel en maatschappelijk rendement. En zo scherpen we ons beleid telkens aan, op alle fronten. Maar altijd met financieel én maatschappelijk rendement in ons achterhoofd. Daar kunnen deelnemers gerust op zijn.” ←
Wat vinden deelnemers er zelf van?
In 2021 heeft Bpf Koopvaardij deelnemers gevraagd wat ze vinden van het beleggingsbeleid. Maar liefst 80 procent staat achter de keuze om maatschappelijk verantwoord te beleggen en vindt dat dit meer moet zijn dan alleen de wetten en regels volgen. Maar, zo vindt de meerderheid van de deelnemers, dat mag niet ten koste gaan van het rendement. Voor 20 procent staat maximaal rendement bovenaan en dat hoeft niet perse op een maatschappelijk verantwoorde manier te worden gehaald. En waarin zou Bpf Koopvaardij moeten beleggen? Zowel de werkenden als de gepensioneerden kiezen voor schone energie, natuurbehoud en waterhuishouding en -management. Daarnaast vinden werkenden de energietransitie belangrijk, gepensioneerden kiezen voor betaalbare huisvesting.
“Het mag geen geld kósten”